Voorbeelden van projecten

2D Maas morfologisch model (2023): Momenteel ontbreekt er een gevalideerd numeriek morfodynamisch model voor de Maas. In navolging van de Rijn is een plan ontwikkeld voor een tweedimensionaal morfodynamisch model, gebaseerd op het recente Delft3D Flexible Mesh model. Deze studie richtte zich op de constructie van vijf submodellen voor de volgende trajecten van de Maas: Linne - Roermond, Roermond - Belfeld, Belfeld - Sambeek, Grave - Lith, en Lith - Keizersveer. Hydromorfologische analyses en modellering vonden plaats ter ondersteuning van het team van Deltares.

Testcasus Maas morfologisch model voor programma Integrale Riviermanagement (IRM), (2020): Doel van het project was het voorspellen van de morfologische effecten van de casus, suppleties, en het evalueren van de prestaties van het 1D D-Hydro model van de Maas op het gebied van morfologie (betrouwbare resultaten, robuustheid en rekentijd).

Rijntakken morfologisch model voor programma Integrale Riviermanagement (IRM) (2020): Detachering bij Deltares voor het opbouwen, kalibreren en valideren van het 1D morfologisch model van de Rijntakken in D-Hydro.

Monitoring Verdieping Nieuwe Waterweg (2019): Analyse van het aspect morfologie (erosie en sedimentatie). Verifiëren dat bepaalde werkelijk optredende effecten niet groter zijn dan de effecten die in het MER zijn voorspeld. Monitoring wordt gebruikt om eventuele onverwachte ongewenste ontwikkelingen te signaleren en het verifiëren van de effectiviteit van voorgeschreven maatregelen om effecten te voorkomen, mitigeren of compenseren.

Scenariostudie t.b.v. besluit Sedimentbeheerplan Rijnmaasmonding (2019): Enkele riviertakken in de Rijn-Maasmonding verliezen al decennia sediment want gemiddeld worden deze riviertakken steeds dieper. Door de heterogene ondergrond (afwisselend veen, zand en klei) leidt die trend lokaal tot steile hellingen en diepe kuilen in de rivierbodem. Hierdoor zijn op verschillende plekken beheerproblemen ontstaan of kunnen nog worden verwacht. Analyse van welk beleid voor en beheer van de rivierbodem voor kortere en langere termijn nodig is.

Casestudie bodemerosie Midden Waal (2018-2019): De casestudie beoogt inzicht te geven in conflicten tussen verschillende gebruiksfuncties van de rivier en een eerste indicatie van financiële/economische gevolgen van veranderingen in de bodem van de hoofdgeul. Het DVR-model is toegepast om de bodemverandering in de tijd voor verschillende suppletiescenario's te voorspellen.

Kribverlaging Pannerdensch Kanaal (2016-2018): Het projectgebied betreft kribben en gestrekte oevers over de gehele lengte van het Pannerdensch Kanaal tot aan IJsselkop. Hydraulische en morfologische studie van de complexe effecten van de maatregel (invloed op afvoerverdeling en interactie tussen hydraulica en morfologie) m.b.v. het Waqua en het DVR-model van de Rijntakken.

Morfologische effectstudie KRW-maatregelen IJssel (2013): Bepalen van het morfologische effect  (geulen en ontstening van oevers) en de extra baggerwerkzaamheden m.b.v. het DVR-model van de IJssel.

Verkenning beheer bodemligging Lek (2012): De verkenning startte met een uitvoerige systeemanalyse van morfodynamiek en ondergrond, gevolgd door prognoses voor de toekomstige bodemligging (m.b.v. het DVR-model), daarna een afleiding van een maximaal en minimaal rivierbodem-interventieniveau vanuit rivierfuncties en tenslotte een toepassing van de inzichten met andere rivierbeheerders in een risicoanalyse.

Kribverlaging Waal (2009-2012): Hydrodynamische modellering van kribverlaging met het WAQUA-model. Het 2D-morfologisch modelleren met het DVR-model van de morfologische effecten van kribverlaging in de individuele trajecten en in het gehele traject (het totale pakket RvdR-maatregelen samen gesimuleerd).

Morfologische analyse maatregelen Waal (2009-2012): Het uitvoeren van het pakketsom Waal met het DVR-model. Onder andere zijn de volgende maatregelen samen gemodelleerd: Dijkverleging Lent, Millingerwaard, Munnikenland, Avelingen en Kribverlaging. Tevens zijn de maatregelen in de Nieuwe Merwede (o.a. Noordwaard) gemodelleerd.

Hydrodynamische effecten van de combinatie langsdammen en kribverlaging in de Waal (2011): Het bepalen en analyseren van de effecten op de waterstanden en stroomsnelheden met het Waqua-model.

Kribverlaging Pannerdensch Kanaal (2011): De baggermodule is in het DVR-model geïmplementeerd in het Pannerdensch Kanaal en in de Boven-Rijn ten behoeve van de maatregel Kribverlaging Pannerdensch Kanaal.

Optimalisatie ontwerp kribverlaging Midden-Waal (2009-2011): De optimalisatie van het ontwerp van kribverlaging in de Midden-Waal. De kribben in drie binnenbochten worden niet verlaagd, en de kribben die wel worden verlaagd worden minder verlaagd en gestroomlijnd. Het morfologische effect en de baggervolumes zijn bepaald met behulp van het DVR-model en het waterstandseffect met het WAQUA-model.

Evaluatie monitoring kribverlaging (2009-2011): Evalueren monitoring bodemligging van het zomerbed en de kribvakken, oevererosie, waterstanden, stroomsnelheden en visstand. Adviseren over de voortzetting van de monitoring.

Monitoring bodemontwikkelingen in de kribvakken en in de hoofdgeul na kribverlaging (2010): De eerste 100 kribben in de Midden-Waal zijn in 2009 verlaagd. De bodemontwikkelingen in het zomerbed en in de kribvakken van het traject Midden-Waal worden in de periode 2009-2011 als onderdeel van dit project gemeten en geanalyseerd.

Advies optimalisatie onderhoudswerk Rijn-Maasmonding (2009): het bepalen van criteria en interventiebodemniveau’s; de overdiepte; het uitvoeren van de morfologische berekeningen met het DVR-model van de Merwede om het effect van de maatregelen in het beheer en onderhoud te bepalen en het opstellen van een implementatie- en monitoringsplan.

DVR-model van de IJssel (2008-2009). Als ingehuurde rivierkundig adviseur voor Deltares het model opgebouwd.